De Gezondheidsraad concludeert in het vandaag gepubliceerde eindadvies ‘Gespoten PUR-schuimisolatie en gezondheid’ dat bij een juiste toepassing van woningisolatie met gespoten PUR-schuim het onwaarschijnlijk is dat bewoners hier nadelige gezondheidseffecten van ondervinden. Bij juiste toepassing blijft blootstelling aan gevaarlijke stoffen binnen veilige grenzen. Deze conclusie is in lijn met de bevindingen van de Gezondheidsraad in zijn conceptadvies. De raad heeft het advies uitgebracht op verzoek van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
De Commissie Gespoten PURschuim van de raad, die het advies heeft opgesteld, vindt dat bewoners de garantie moeten krijgen dat isoleerders werken conform de richtlijnen voor gecertificeerde bedrijven. Op die manier is een juiste toepassing verzekerd en blijft de blootstelling aan gevaarlijke stoffen binnen veilige grenzen. Volgens de commissie blijkt in de praktijk dat niet altijd volgens de richtlijnen wordt gewerkt. De commissie beveelt aan om de huidige werkpraktijk te evalueren om vervolgens een inschatting te maken of beleidsmaatregelen zinvol zijn, en zo ja welke. Een van de genoemde mogelijkheden is de invoering van verplichte certificering.
Verder adviseert de commissie de overheid te zorgen voor centrale registratie van klachten en gediagnosticeerde aandoeningen (volgens medisch protocol) van bewoners. Op die manier ontstaat ook inzicht in het verloop over de tijd, bijvoorbeeld door inspanningen van de sector. Ook adviseert zij het in 2016 tot stand gekomen medisch protocol op onderdelen verder uit te werken en een blootstellingsonderzoek of een chemisch onderzoek van het PUR-schuim in de woning hiervan deel te laten uitmaken.
De commissie heeft geen concrete aanwijzingen gevonden voor gezondheidseffecten door blaasmiddelen bij bewoners na isolatie met gespoten PUR-schuim. Toch vindt zij nader experimenteel onderzoek naar de risico’s van langdurige blootstelling aan deze stoffen gewenst omdat informatie hierover grotendeels ontbreekt. Ook adviseert de commissie om te verkennen in hoeverre er sprake is van blootstelling aan stoffen uit PUR-schuim via drinkwater uit kunststof waterleidingen die zich in of nabij de PUR-schuimisolatielaag bevinden.
Verder signaleert de commissie dat de blootstelling aan gevaarlijke stoffen bij PUR-schuimisoleerders mogelijk hoog is. Zij adviseert de blootstelling en mogelijke gezondheidseffecten bij werknemers nader te onderzoeken. Tevens is er volgens de commissie extra aandacht op zijn plaats voor de naleving van wettelijke verplichtingen voor werkgevers in het kader van de Arbowet en voor opleiding van isoleerders. Als werknemers bewust omgaan met de risico’s, kan dat niet alleen hun eigen risico verkleinen, maar ook dat van bewoners.
De commissie meent dat een juiste en veilige toepassing niet te garanderen valt als particulieren op basis van losse componenten isolatiewerkzaamheden gaan verrichten met gespoten PUR-schuim. Ze beveelt derhalve aan te onderzoeken of daarop gerichte producten die in Nederland worden aangeboden van de markt kunnen worden geweerd.
Lees hier meer over het advies van de Gezondheidsraad.